Richtlijn Pijn bij mensen met een verstandelijke beperking
Pijn is persoonlijk en niet altijd zichtbaar. Zeker niet bij mensen met een verstandelijke beperking. Zij hebben vaker pijn, maar kunnen die minder makkelijk onder woorden brengen. Hun gedrag is soms niet passend bij pijn, en pijn valt soms lastig te onderscheiden van stress, angst of andere emoties. Daardoor blijft pijn vaak onopgemerkt – met risico op ondersignalering en onderbehandeling.
Voor wie?
De richtlijn beschrijft methodische werken voor zowel (sub)acute als chronische pijn, en is bedoeld voor begeleiders, verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten, gedragsdeskundigen, paramedici, artsen VG en andere professionals die (incidenteel) met deze doelgroep werken. Ook voor ouders van kinderen met een verstandelijke beperking kan de richtlijn interessant zijn.
Wat heb je er aan?
De nieuwe SKILZ-richtlijn ‘Pijn bij mensen met een verstandelijke beperking’ helpt zorgverleners om pijn beter te herkennen, te begrijpen en te behandelen. Naast inhoudelijke adviezen bevat de richtlijn praktische hulpmiddelen zoals stroomschema’s, een overzichtskaart voor begeleiders, een lijst met uitingen van pijn, casuskaarten en een format voor een pijnsignaleringsplan. Hiermee wordt het makkelijker om pijnzorg direct te verbeteren in de praktijk.
